Uithuisplaatsing kinderen zonder goedkeuring van de rechter

Steeds vaker komt het voor dat, indien hulpverleningsinstanties grote zorgen hebben over de veiligheid van kinderen, ouders worden bewogen om vrijwillig mee te werken aan de uithuisplaatsing van hun kinderen. In Rotterdam gebeurt dit vaak in het kader van een zogenaamd “drangtraject” en wordt de beslissing tot het inzetten van hulpverlening onder drang gemaakt door het Jeugdbeschermingsplein. In de regio Haaglanden noemt men de inzet van hulpverlening bij ernstige zorgen zonder rechterlijke toetsing “preventieve jeugdbescherming”.

Als ouders en kind goed samenwerken met de hulpverleningsinstanties en zich hierbij gesterkt voelen is goede en eventueel intensieve vrijwillige hulpverlening te prevaleren boven het zogenaamde ‘gedwongen kader’. Onder omstandigheden kan een tijdelijke vrijwillige uithuisplaatsing aangewezen zijn.

Ik maak mij zorgen over de mate waarin ouders vrijwillig toestemming geven voor een uithuisplaatsing. Veel cliënten handelen vanuit een angst dat, als de situatie wordt voorgelegd aan de kinderrechter, dit het allemaal alleen maar erger maakt. Die angst is vaak onterecht. De kinderrechter is er nu juist om te beoordelen wat er aan de hand is en hoort daarbij zowel de ouders als de hulpverlening. Ouders (en kinderen vanaf 12 jaar) hebben het recht gehoord te worden en het recht zelf stukken of een plan van aanpak in te dienen, om te laten zien dat zij het niet eens zijn met de gestelde zorgen. Zij hebben ook het recht andere, minder heftige alternatieven naar voren te brengen om de situatie op te lossen.

Binnen een juridisch kader van bijvoorbeeld de ondertoezichtstelling hebben ouders naast plichten ook diverse rechten, die niet afdwingbaar zijn bij vrijwillige medewerking. Een voorbeeld is dat er binnen zes weken een schriftelijk plan van aanpak ligt, waarin wordt beschreven welke zorgen er zijn en op welke wijze, binnen welke termijn en met welke jeugdhulp wordt getracht het tij te keren. Dit biedt handvatten aan ouders om te borgen dat noodzakelijke jeugdhulp ook daadwerkelijk binnen een redelijke termijn wordt ingezet.

Ouders hebben daarnaast ook de mogelijkheid bij onoverbrugbare verschillen de kinderrechter (met behulp van een advocaat) te vragen om te bemiddelen (geschillenregeling kinderrechter). Het blijft, met of zonder juridische maatregel primair de verantwoordelijkheid van de gezaghebbende ouders om te bewaken dat noodzakelijk geachte hulp ook daadwerkelijk wordt geleverd. Wachtlijstproblematiek, niet ingekochte – maar wel noodzakelijke – jeugdhulp, stilzitten van jeugdbescherming door ziekte of vervanging mogen immers niet ten koste gaan van het kind.

Ook bij een vrijwillige uithuisplaatsing kan het voorkomen dat de zorgen bij de hulpverlening mettertijd niet afnemen, maar juist toenemen. Een aanvankelijk vrijwillige uithuisplaatsing wordt dan na enkele maanden alsnog mogelijk omgezet in een ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing. De zogenaamde aanvaardbare termijn (ruwweg binnen 1,5 jaar na uithuisplaatsing moet het perspectief waar het kind zal opgroeien vastgesteld zijn) begint echter te lopen vanaf de feitelijke uithuisplaatsing.

Netwerkplaatsing

Een voorbeeld is dat ouders die tijdelijk niet voor hun kinderen kunnen zorgen, bijvoorbeeld vanwege een behandeling vanwege psychische problemen, zelf binnen het netwerk een zogenaamd netwerkpleeggezin voorstellen. Voordat kinderen binnen het netwerk geplaatst kunnen worden is het vaak zo dat een pleegzorgorganisatie een zogenaamde netwerkscreening afneemt, waarbij weigeringsgronden kunnen zijn gelegen in het feit dat op het voorgestelde adres sprake is van iemand die in aanraking gekomen is met justitie of zelf een jeugdbeschermingsverleden heeft. In dat geval wordt aan ouders aangegeven dat die mogelijkheid niet bestaat, terwijl er gegeven het alternatief, namelijk plaatsing in een nog onbekend pleeggezin, waarbij het zeer de vraag is hoe vaak de mogelijkheid bestaat tot contact en omgang, ten onrechte niet wordt afgewogen waar het kind beter af is. In die situatie kan het goed zijn de kwestie voor te leggen aan de kinderrechter.

Twijfelt u of u vrijwillig akkoord moet gaan met uithuisplaatsing van uw kind(eren) of wenst u informatie over de mogelijkheden om alternatieven voor te stellen? Wilt u weten wat uw rechten zijn of wilt u bijstand? Aarzel dan niet om vrijblijvend contact op te nemen met een van onze advocaten.